Het blijkt dat het tijdstip waarop het ontbijt wordt genuttigd van groot belang is. “Ons onderzoek suggereert dat veranderingen in de maaltijdtijden van ouderen – met name het tijdstip van het ontbijt – kunnen dienen als een eenvoudig te monitoren indicator voor hun algehele gezondheid”, aldus hoofdauteur van het onderzoek, dr. Hassan Dashti, voedingsdeskundige en circadiane bioloog bij het Massachusetts General Hospital.
Een laat ontbijt beïnvloedt de kwaliteit van leven
Uit recent onderzoek blijkt dat wetenschappers verbonden aan het academische gezondheidszorgsysteem Mass General Brigham (VS) en hun collega’s hebben aangetoond dat de maaltijdtijden geleidelijk veranderen naarmate mensen ouder worden. Ze hebben ook kenmerken gevonden die mogelijk bijdragen aan deze veranderingen en hebben specifieke patronen van veranderingen in verband met vroegtijdig overlijden aan het licht gebracht.
– Ons onderzoek suggereert dat veranderingen in de maaltijdtijden van ouderen – met name de tijdstippen waarop ze ontbijten – kunnen dienen als een eenvoudig te monitoren indicator voor hun algehele gezondheid. Patiënten en artsen kunnen veranderingen in het maaltijdschema mogelijk gebruiken als een vroege waarschuwing om onderliggende problemen met de lichamelijke en geestelijke gezondheid te onderzoeken”, aldus hoofdauteur dr. Hassan Dashti, voedingsdeskundige en circadiane bioloog bij het Massachusetts General Hospital.
Volgens de specialist is het de moeite waard om ouderen aan te moedigen om regelmatig te eten, omdat dit een vast onderdeel kan zijn van een bredere strategie om gezond ouder worden en een lang leven te bevorderen.
Resultaten van een complexe gegevensanalyse
De experts onderzochten belangrijke aspecten van de maaltijdtijden van de vergrijzende bevolking om te bepalen of bepaalde patronen een indicatie kunnen zijn voor, of zelfs van invloed kunnen zijn op, de gezondheid op latere leeftijd.
In totaal analyseerde het team gegevens, waaronder bloedmonsters, van 2945 volwassen inwoners van het Verenigd Koninkrijk in de leeftijd van 42 tot 94 jaar, die gedurende meer dan 20 jaar werden gevolgd. Uit de analyse bleek dat ouderen naarmate ze ouder worden de neiging hebben om later te ontbijten en te dineren, terwijl ze tegelijkertijd het tijdsbestek waarin ze elke dag eten beperken.
Het later nuttigen van het ontbijt werd consequent in verband gebracht met problemen met de lichamelijke en geestelijke gezondheid, zoals depressie, vermoeidheid en problemen met de mondgezondheid. Later eten ging ook gepaard met moeilijkheden bij het bereiden van maaltijden en slechter slapen.
Het later nuttigen van het ontbijt ging gepaard met een verhoogd risico op overlijden tijdens de observatieperiode. Mensen die genetisch gepredisponeerd zijn voor kenmerken die verband houden met het ‘nachtuilen’ (die de voorkeur geven aan latere bedtijden en opstaan) hadden de neiging om later te eten.
Dr. Dashti merkte op dat deze bevindingen aantonen dat latere maaltijden – met name het ontbijt – gepaard gaan met gezondheidsproblemen en een verhoogd risico op sterfte bij ouderen. Dit heeft belangrijke implicaties in verband met de groeiende populariteit van tijdgebonden eten, waarbij alle calorieën binnen een vast tijdsbestek van 8-12 uur per dag (bijvoorbeeld tussen 6 en 18 uur) worden geconsumeerd, en van intermitterend vasten.