Zodra je het eerste stukje appelwijntaart op je vork hebt, begint je kleine pauze van het dagelijkse leven. Goudbruine amandelschilfers, de geur van kaneelsuiker en natuurlijk het hart van de taart: een rijke laag fruitige appelwijncompote, die meteen zin geeft in meer.
Al bij het aansnijden klinkt het veelbelovend knapperig, voordat de romige slagroom en de fruitige appelcompote hun grote entree maken. De sappige stukjes appel, ingekookt in witte wijn en vanillepudding, doen je dromen van het volgende koffiemomentje of een zonnige herfstmiddag.
Het bijzondere: voor deze appeltaart worden twee bodems gebakken! De ene komt direct in de vorm om de slagroom en het appelcompote op te vangen, terwijl de tweede bodem als decoratieve afwerking met goudbruine amandelen en kaneelsuiker op de taart wordt geplaatst.
Voor het appelcompote:
- 1,2 kg zure appels (bijv. Boskoop)
- 1 pakje vanillepuddingpoeder
- 3 eetlepels appelsap
- 250 ml witte wijn (of appelsap)
- 1 eetlepel suiker
Voor de taartbodems:
- 125 g boter
- 125 g suiker + 1 eetlepel
- 1 pakje vanillesuiker
- 1 snufje zout
- 1 ei (maat M)
- 250 g bloem
- 2 theelepels bakpoeder
- 1 theelepel kaneel
- 50 g amandelschilfers
Voor de slagroomcrème:
- 6 blaadjes gelatine
- 600 g slagroom
Bereiding
Voor de appelcompote: schil de appels, snijd ze in vieren, verwijder het klokhuis en snijd ze in plakjes. Roer de puddingpoeder met het appelsap tot een glad mengsel. Breng de wijn en de suiker in een pan aan de kook, voeg de appels toe en laat 3-5 minuten sudderen. Giet de aangeroerde puddingpoeder al roerend bij de appels. Laat nog ongeveer 3 minuten sudderen. Doe de appelcompote in een kom, dek af en zet ongeveer 2 uur in de koelkast.
Voor de taartbodems: roer de boter, 125 g suiker, vanillesuiker en zout met de garde van de mixer tot een romig mengsel. Roer het ei erdoor. Meng de bloem en het bakpoeder en roer dit kort door het mengsel. Meng 1 eetlepel suiker en kaneel.
Verdeel de helft van het deeg over een ingevette springvorm (26 cm Ø). Bestrooi met de helft van de amandelen en kaneelsuiker. Bak ongeveer 20 minuten in een voorverwarmde oven (elektrische oven: 200 °C/heteluchtoven: 180 °C/gasoven: zie instructies van de fabrikant). Laat kort afkoelen, haal uit de vorm en laat afkoelen. Bak van het resterende deeg, de amandelen en de kaneelsuiker nog een taartbodem. Laat kort afkoelen, haal uit de vorm en snijd nog warm in 16 stukken. Laat afkoelen.
Voor de slagroomcrème: week de gelatine in koud water. Klop de slagroom stijf. Knijp de gelatine uit en los deze op bij lage temperatuur. Roer eerst 2-3 eetlepels slagroom door de gelatine en roer vervolgens alles door de rest van de slagroom. Plaats de ongesneden taartbodem weer in de vorm. Verdeel de helft van de slagroom erover en zet ongeveer 10 minuten in de koelkast. Verdeel de appelcompote erover.
Verdeel de rest van de slagroom over de compote en leg de gesneden taartbodems erop. Zet de taart ongeveer 2 uur in de koelkast. Bestrooi de taart eventueel met poedersuiker.